Verslag 3e sessie 26 september 2018
Verslag Buytenhout sessie 3 van 26 september 2018, Gebiedsvisie-ontwikkeling Buytenhout West
Locatie: Vakantiepark Delftse Hout
Aantal aanwezigen: 65 deelnemers
Gé Kleijweg, voorzitter van het initiatief BuytenHoutTafel heette de deelnemers welkom. Hij toonde zich verheugd over de hoge opkomst, die ook echt nodig is om dit proces van de ontwikkeling naar een gebiedsvisie te doorlopen. Het is geen vrijblijvend proces en alleen mét elkaar mogelijk.
Vervolgens blikte Sabrina Lindemann, procesbegeleider van Bureau OpTrek, terug op de voorgaande sessies (de verslagen van sessie 1 en sessie 2 zijn terug te vinden op onze website). De input van de eerste twee bijeenkomsten is grafisch verwerkt tot een aantal waardenkaarten, die in beeld brengen welke waarden op dit moment door de gebruikers aan het gebied worden toegekend; wat is er en hoe wordt het gebruikt, wat zijn knelpunten en welke kansen worden er gezien. Klik hier om de waardekaarten te bekijken.
Vaststellen Kernwaarden
De inbreng uit de voorgaande sessies was samengevat in zeven kernwaarden:
Natuur in relatie met de stad, Verbondenheid, Ruimte, Plek voor iedereen, Open landschap, Rust, Polderlandschap. Op onze site staan deze toegelicht.
Door middel van stemming met stickertjes werd duidelijk, dat vrijwel iedereen vond dat alle kernwaarden heel erg met elkaar verbonden zijn. Een paar opmerkingen daarover uit de zaal:
“Omdat alles met elkaar verbonden is, heb ik op alle kernwaarden stickers geplakt. Maar toch de meeste stickers op ‘Plek voor iedereen’. Dat alle lagen van de samenleving hier komen en dat iedereen het er naar z’n zin heeft.”
“Ik heb de meeste stickers geplakt bij ‘Natuur in relatie met de stad’. Eigenlijk valt alles met elkaar samen. In het drukke stedelijke gebied is het belangrijk om naar buiten te kunnen gaan en tot rust te komen.”
“Ik wil graag de oorsprong van het gebied behouden en heb daarom veel stickers geplakt op ‘Polderlandschap’ en ‘Open landschap’. Gezien de historie vind ik het belangrijk, dat er ook nog polder blijft.”
Er is dus geen selectie gemaakt uit de voorgestelde kernwaarden, maar er is vastgesteld dat álle zeven kernwaarden gezamenlijk de waarde en betekenis van het gebied weerspiegelen en allemaal terug moeten komen in de omgevingsvisie voor het gebied. Dat betekent dat alle toekomstige initiatieven en plannen straks een bijdrage zullen moeten leveren aan het versterken van tenminste een aantal van de vastgestelde kernwaardes. Dit zal in de loop van dit proces verder uitgewerkt worden.
Filosofie van Buytenhout
Marleen Buizer, behorende tot kernteam van de BuytenHoutTafel, las de aanwezigen de ‘Filosofie van Buytenhout’ voor; een samenvatting van wat belangrijk voor dit gebied is. Zij voegde daaraan toe, dat aanvulling met foto’s van het gebied en de waardenkaarten het plaatje compleet maken.
Thematische toekomstscenario’s
Om een volgende stap in het proces te zetten werd een eerste oefening gedaan als opmaat naar het ontwikkelen van een aantal mogelijke toekomstscenario’s. Met als insteek ‘Hoe ziet het gebied er over 20 jaar uit? Als we dan ook nog de kernwaarden tegen willen komen, wat moeten we daarvoor doen? Welk type mobiliteit, energieproductie, voedselproductie, waterbeheer, afvalbeheer, recreatie etc. passen er dan bij? Met deze verschillende onderwerpen gingen de deelnemers aan de slag.
Uit de terugkoppeling van de groepen bleek hoeveel kennis en expertise er bij de deelnemers en dus in dit gebied al aanwezig is. Niet alleen vanuit ervaringen, maar ook professioneel gezien. Daardoor was de uitkomst van de oefening zeer waardevol en interessant. Het team is zich ervan bewust, dat de stappen in het proces voor sommige deelnemers niet snel genoeg gaan, maar ook dat een herhaling van zetten nodig is, om dit proces uiteindelijk compleet te maken. Er werd tevens door het kernteam opgemerkt, dat er soms belangen gingen meespelen. En er werden herhaaldelijk zorgen geuit om eventuele bebouwing en verkeersdrukte. Genoeg input én uitdagingen dus om mee te nemen naar de volgende bijeenkomst, die op 1 november gepland staat.
Een samenvatting van de verscheidene groepen die oefeningen met elkaar over verschillende onderwerpen deden:
Groep 1 – ‘Welke soort energieproductie past bij Buytenhout’
In deze groep kwam naar voren, dat iedereen zijn eigen energie zou moeten opwekken in het gebied met als uitgangspunt: het gebied in de toekomst volledig energieneutraal te maken. Wel moet de productie van energie zich verhouden tot de kernwaarden van het gebied. Samenwerking op dit onderwerp met TU Delft is wenselijk.
Passende vormen van energieopwekking zijn zonnepanelen (op woningen rondom het gebied) en mestoverschot omzetten in energie. Wenselijk zou zijn, dat er laadpalen bij de al aanwezige horeca komen of dat de wegen die er doorheen lopen zelf energie opwekken. Omdat dit gebied met name een maatschappelijke waarde heeft, kan het lastig zijn er een boterham mee te verdienen. De vraag is of dat moet, en zo ja dan zou dat circulair/kringloopgericht moeten zijn.
Groep 2 – ‘Welk type waterbeheer draagt bij aan een toekomstbestendig Buytenhout?’
De deelnemers gaven om te beginnen aan dat de waterkwaliteit in het hele gebied, maar met name de Delftse Hout, Dobbeplas en waterspeeltuin, moet verbeteren, zodat er van 1 maart tot 1 oktober (en ook in hele warme zomers) gezwommen/gerecreëerd kan worden. Daarnaast zal vanwege de huidige klimaatveranderingen de waterbergende functie van de polder geoptimaliseerd moeten worden.Niet alleen voor het opvangen van wateroverschotten, maar ook om te voorzien in water bij droge periodes.
Zij zagen kansen om met (nieuwe) waterrijke gebieden de biodiversiteit te verbeteren, die weer samenhangt met de kwaliteitsverbetering van het water. Gedroomd werd er over een verbinding van de Delftse Hout met de Dobbeplas, in de hoop dat dat ook de waterkwaliteit ten goede komt.
Voorts kwamen er nog aandachtpunten/suggesties naar voren als:
- De vuilstort bij IKEA in relatie tot de waterkwaliteit: het water van de vuilstort moet veilig afgevoerd worden;
- Verschillende waterniveaus om diversiteit in flora en fauna te bevorderen;
- Water in het gebied kan ook een functie krijgen in de opslag en opwek van duurzame energie (drijvende zonnepanelen, het oppompen of verplaatsen van water voor duurzame energie, energieopslag);
- Paaiplaats(en) voor snoeken, ter verhoging van de waterkwaliteit.
Als voetnoot gaven zij mee: Er moet wel goed nagedacht worden over water als natuur en water als recreatie in combinatie met duurzaamheid.
Groep 3 – ‘Welk type recreatie draagt bij aan de toekomstbestendigheid van Buytenhout?’
In deze terugkoppeling kwam naar voren, dat er een gedegen inventarisatie moet komen van groepen en gebruikers, omdat zij veelal tegengestelde belangen hebben. Daarom is een goede beheercultuur van belang, waarbij al die groepen met elkaar in gesprek gaan (en blijven) en sámen zorgen voor het gebied. Als die overeenstemming er is, wordt een meer kleinschalig en diverse recreatie mogelijk. Voorts zou de link tussen recreatie en educatie meer gemaakt kunnen worden: het gebied kan een belangrijke functie hebben op het vlak van duurzaamheid en natuureducatie. Zo kan de volgende generatie een duurzame maatschappij opbouwen.
De groep is het er over eens: mensen met dollartekens moeten weg blijven. Het gebied heeft een belangrijke waarde als ‘mensen-uitlaat-plek’: buiten zijn is gezond en we hebben natuur nodig om te kunnen ontspannen in onze drukke levens. Daarom moeten delen van het gebied beschermd worden. Ook enkele historische plekken zouden de deelnemers langdurig beschermd willen zien. Men geeft aan heel terughoudend te willen zijn met nieuwe bebouwing en dat nieuwe ontwikkelingen, activiteiten of initiatieven steeds vanuit de kernwaarden getoetst moeten worden; past het wel of niet? Daarvoor is een dynamische visie nodig, die continu geëvalueerd moet worden.
Groep 4 – ‘Welk type mobiliteit past bij Buytenhout?’
In de samenvatting kwam naar voren, dat men opmerkt dat de druk op de wegen (fietsers en gemotoriseerd) toeneemt. Zij geven aan dat dit zorgelijk is, omdat het gebruik en recreatie alleen maar verder toe zal nemen. De mobiliteit in het gebied is in de loop der tijd niet mee veranderd met de veranderingen in het gebruik en de betekenis van het gebied in z’n omgeving. Om de cultuur en de gebruiken te veranderen, moeten andere vormen van mobiliteit aangemoedigd worden en de toegangsfaciliteiten (als parkeren aan de randen van het gebied) verkend worden in combinatie met bijvoorbeeld een ‘witte-fietsen-plan’, zoals op de Veluwe. Zelfs het verplaatsen van recreatieve activiteiten naar de buitenranden zou onderzocht kunnen worden, evenals het afsluiten van het gebied voor verkeer op hoogtijdagen, mits daar een alternatief zou zijn met bijvoorbeeld elektrische shuttles. Zij besluiten met de quote; ‘Het gebied kan alleen groot blijven als het toegankelijk blijft.’
Groep 5 – ‘Welk type afvalbeheer past bij Buytenhout?’
De groep die zich boog over dit onderwerp adviseerde om goed in kaart te brengen op welke plekken er sprake is van overlast door afval en door wie dit wordt veroorzaakt. Vervolgens is het van belang een goed beeld te hebben van het gebruikersgedrag en een strategie te ontwikkelen die zorgt voor een cultuur verandering bij de gebruikers; Laat gebruikers betalen voor hun eigen afval, ‘neem je eigen afval mee’ of beter nog: ‘breng géén afval het gebied in!’. Of juist het zichtbaar maken van afval door het te etaleren aan een waslijn, of vlaggetjes op hondenpoep, om bewustzijn te creëren. Om die cultuurverandering tot stand te brengen, is een gedifferentieerde aanpak per gebied nodig.
Een ‘eigen-afval-neutraal’ gebied zou een hele goede waardeontwikkeling zijn. Daarmee kan de belevingswaarde naar niveau A gebracht worden. De ambitie is dus te streven dat er geen afval meer komt.
Voorts kwam er nog naar voren, dat riolering ook een afvalstroom is die aandacht verdient, evenals het afval van bewoners en ondernemers. Ook de natuurlijke afvalstromen (hout) gebruiken voor energie in gebied, zou verder benut moeten worden. Veel afvalhout wordt al hergebruikt in het gebied. Zij sluiten af door aan te geven dat zij met afvalbeheer naar circulariteit toe willen.
Tot slot was de groep van mening, dat er in het afvalbeheer een grote rol is weggelegd voor partijen die werken met inzet van mensen met een beperking of achterstand op de arbeidsmarkt.
Groep 6 – ‘Welk type voedselproductie past bij Buytenhout?’
Met een kleine inventarisatie kwam men in dit gezelschap tot de conclusie, dat er al door verschillende partijen voedsel geproduceerd wordt, veelal kleinschalig en goed in het gebied passend. Er zou gekeken moeten worden naar het versterken van de uitwisseling van productie binnen de grenzen van Buytenhout zelf. Productie is redelijk kleinschalig. In de toekomst zou gebruik gemaakt kunnen worden van initiatieven zoals de ‘Buurderij’: een markt waar je online vraag en aanbod reguleert. Producten worden op aanvraag geproduceerd en verkocht; opbrengsten blijven zo binnen het gebied.
Voedselproductie versterkt de gebiedsbeleving en de natuurwaarden. De combinatie met educatie en recreatief medegebruik is in hun optiek een must. Ook hier komt het belang van circulariteit weer sterk naar voren. Het gebied moet zichzelf economisch in evenwicht houden en niet afhankelijk zijn van externe subsidies. De vraag kwam daarbij naar voren: Hoe kun je binnen het gebied zelfredzaamheid met z’n allen dragen?
Afsluiting
Ondanks alle kennis die er al bij de deelnemers is, nodigt de organisatie de aanwezigen uit aan te geven als er onderwerpen zijn waarover mensen door willen praten of meer behoefte aan kennis hebben. Het team van de BuytenHoutTafel kan dan een extra (inspiratie)sessie over bepaalde onderwerpen organiseren.
Voorzitter van de BuytenHoutTafel Gé Kleijweg verwoordt tot slot dat we met elkaar, als zijnde gebiedsexperts, van elke bijeenkomst toch weer veel leren. Bijvoorbeeld dat we flexibel moeten blijven in de aanpak en in gesprek moeten blijven om knelpunten aan te pakken. De opbrengst van deze avond was van onschatbare waarde. “Een prachtig begin om 1 november verder mee te kunnen. Een prachtig gebied dat alleen nog maar mooier wordt.”, besluit hij.